De Ierse kampioen pakte zijn vierde zege van het seizoen.
Sam Bennett bezorgde Deceuninck – Quick-Step dinsdagmiddag de 24e zege van het seizoen. De Ierse kampioen was de sterkste in de derde etappe van de Tour de Wallonie. Hij droeg de zege op aan de geblesseerde ploegmaats Remco Evenepoel, Fabio Jakobsen en Yves Lampaert. “Deze is voor de jongens! Hopelijk verloopt het herstel voorspoedig en zijn ze snel weer bij The Wolfpack, want ze worden gemist. Het is fijn om nu eens wat geluk te hebben na alle pech en narigheid van de afgelopen weken”, sprak Bennett na de rit.
De voorlaatste etappe volgde het traditionele patroon van de voorgaande dagen. Enkele renners reden al vroeg weg en pakten een mooie voorsprong, maar ze werden vroeg in de finale ingerekend. Op de Côte de Cheratte (750 meter, 12.5%) plaatste Florian Sénéchal een versnelling en trok zo het peloton op een lint. Ploegmaat Zdenek Stybar nam vervolgens over en kreeg drie renners mee in zijn wiel. Het kwartet pakte een voorsprong van 20 seconden in de laatste 8 kilometer.
Het uitgedunde peloton zette echter de achtervolging in. Op 500 meter van de streep werden Stybar en consorten nog ingerekend. Sénéchal nestelde zich daarna op kop en verbrokkelde het peloton, waardoor vier renners vooraan over bleven. Een van hen was Sam Bennett, die het werk keurig afrondde met een klinkende zege voor Arnaud Demare (Groupama-FDJ) en John Degenkolb (Lotto-Soudal) in Visé.
“Ik heb de laatste maand erg hard gewerkt. Gisteren kwam dat er helemaal niet uit, dus ik was teleurgesteld. Ik had vandaag deze ommekeer niet verwacht, maar ik bleef rijden en vechten op die klim. De ploeg was fantastisch en ik ben erg trots op ze. De finale was zwaarder dan gisteren, maar dit keer redde ik het en had ik goede benen in de sprint. Ik ben blij met deze zege, eentje die ik echt wel nodig had op 10 dagen van de Tour de France”, sloot Bennett af.
Photo credit: ©Luc Claessen / Getty Images
