De sportdirecteuren van Deceuninck - Quick-Step blikken terug op hun slechtste dag op de fiets.

Davide Bramati
Dat is zonder twijfel de 11e etappe in de Tour de France 2011. Het was een 32 kilometer lange tijdrit van Grenoble naar Chamrousse. Ik heb nooit meer afgezien dan die dag. Ik voelde direct na de start dat ik niet goed was, al waren tijdritten sowieso niet mijn ding. Ik wist niet of ik de tijdslimiet wel ging halen, ik verloor 22 minuten en werd door acht renners voorbij gereden. Ik wist 100% dat mijn Tour voorbij was en was `s avonds dan ook stil en teleurgesteld bij het diner. Later kregen we het verdict van de jury en bleek dat ik 13 seconden binnen de tijdslimiet was gebleven. Een grote opluchting!

Brian Holm
De slechtste koers van mijn leven was de Tour de France van 1996. Mijn kamer- en landgenoot Bjarne Riis won dan wel het geel, ik wist dat het mijn laatste Tour als renner was. De tiende etappe was mijn persoonlijke nachtmerrie. Na de 8e etappe had ik een voedselvergiftiging opgelopen en kon daardoor niet eten en slapen. De volgende dag was er een klimtijdrit en die heb ik alleen uitgereden door mijn ploegmaat Christian Henn. Hij startte 6 minuten na mij, haalde me in, wachtte me op en duwde me zelfs in een donkere tunnel. Weer een dag later was het kokend heet in de tiende etappe. Elke keer dat ik een slokje dronk, kwam het er direct weer uit. Ik reed meer dan 200 kilometer zonder een drup water. Mijn lichaam was compleet naar de vaantjes, de ploegdokter wilde me uit koers halen omdat ik uitgedroogd was. Maar ik kwam op tijd binnen en bleef doorvechten de dagen erna. In die Tour is er wel iets gebroken in mijn lichaam en heb ik nooit meer een topconditie kunnen bereiken.

Klaas Lodewyck
De Giro d`Italia van 2011. Je eerste grote ronde is altijd speciaal, maar deze was ook direct loodzwaar. Ik pakte twee top-10 klasseringen en voelde me goed. Toen was er ineens het overlijden van Wouter Weylandt, dat maakte het emotioneel erg zwaar. Door alles wat we meemaakten was ik in de 15e etappe vrijwel leeg. Ik kon de avond ervoor niet slapen en dacht aan opgeven. Mijn lichaam was erg moe, maar ik besloot toch te starten in overleg met mijn sportdirecteur Michiel Elijzen. Tijdens de etappe praatte hij mentaal op mij in en bracht mij van tijd tot tijd een bidon. Door hem en mijn ploegmaats kon ik de rit uitrijden en uiteindelijk m`n eerste grote ronde voltooien.

Wilfried Peeters
Ik moet zeggen dat de hele Tour de France van 1994 erg zwaar was, maar als ik er een rit uit moet kiezen dan is het de 15e etappe met onderweg de Mont Ventoux. Het seizoen was tot dat punt al erg zwaar geweest en begon zijn tol te eisen. Ik was compleet leeg en werd snel gelost in mijn eentje. Door de aanmoedigingen van Patrick Lefevere, mijn sportdirecteur op dat moment, kon ik nog terugkomen in de gruppetto en binnen tijd finishen. De volgende dag moest ik alsnog opgeven, mijn enige opgave in een Tour ooit.

Tom Steels
Dan kies ik voor Gent-Wevelgem 1999. Die dag was erg zwaar door waaiers, regen en de stevige strijd die we voerden. Na de tweede keer Kemmelberg was er nog 35 kilometerte gaan. Gelukkig had ik Wilfried Peeters en Johan Museeuw bij me. Zij controleerden de koers, ik reed gewoon achter ze aan en durfde niet eens om te kijken. Het was eigenlijk niet zo heel ver naar de finish, maar het leek een eeuwigheid te duren. Ik voelde ook de druk om de koers te winnen en was ongelooflijk gefocust om alles goed te doen. Verliezen was geen optie op dat moment. In de laatste kilometers adviseerde Patrick Lefevere me om me even te laten afzetten door de groep en mijn opponenten te aanschouwen. Het kwam uiteindelijk tot een sprint en die wist ik tot mijn eigen tevredenheid en blijdschap te winnen.

Geert Van Bondt
De zwaarste koers die ik reed was Le Tour 2000. Het was een speciaal jaar voor mij na tweede plaatsen in Kuurne-Brussel-Kuurne en E3 Harelbeke. Daarna won ik Gent-Wevelgem. Ik was klaar voor een goede Tour. In de aanloop naar de Tour toe werd ik twee keer ziek en moest ik aan de antibiotica. Dat verstoorde mijn voorbereiding en er was zelfs twijfel of ik moest starten. Dat deed ik wel met de verwachting dat ik zou verbeteren richting het einde van de wedstrijd. De lastigste rit was de 10e etappe naar de Hautacam. Het regende die dag en ik was de eerste renner die loste. Ik zag nog een renner voor me rijden en dacht bij hem aan te sluiten om samen de tijdslimiet te halen. Maar deze renner – Frank Vandenbroucke – stapte af. Ook een volgende renner die ik bijhaalde stapte af. Daarna zag ik een groepje van 3 renners, maar ook zij gaven op. Ik bleef echter doorrijden en sloot uiteindelijk weer aan bij de gruppetto. Uiteindelijk haalde ik de Champs-Élysées, waar ik nog aanviel.

Rik Van Slycke
Ik reed in 1993 mijn vijfde Tour de France op een rij. Ik wist toen nog niet dat het mijn laatste grote ronde zou worden. Mijn slechtste dag was de dag voordat ik moest opgeven en naar huis terugkeerde vanwege alarmerende berichten. In de 11e etappe stapte ik af ergens tussen Serre Chevalier en Isola 2000. Mijn dochter lag op dat moment in het ziekenhuis en moest met spoed behandeld worden. Hiervoor had de dokter de handtekeningen nodig van beide ouders. Op dat moment was mijn vrouw in verwachting van onze tweede kindje, dus je kunt je voorstellen dat het een lastige periode was. Gelukkig zijn we er met z`n allen doorgekomen.

 

Photo credit: ©catharsis-productions.com